Beschikbaarheid van huisartsenzorg raakt kleinschalige ouderenzorg: ‘moet nu iets gebeuren’
Gepubliceerd op: 08-08-2023
Laatst bijgewerkt op: 09-08-2023
Door de vergrijzing zal de behoefte aan ouderenzorg, bijvoorbeeld in kleinschalige en geclusterde woonvormen, de komen 20 jaar toenemen. Tegelijk zien we nu al dat in meerdere regio’s de beschikbaarheid van huisartsenzorg onder druk staat. Daarmee wordt het ook moeilijker om goede zorg te kunnen bieden aan bewoners van deze woonvormen.
Zorgaanbieder Dagelijks Leven besprak met betrokken instanties als het ministerie van VWS, de Nederlandse Zorgautoriteit, Actiz en zorgkantoren en -verzekeraars de mogelijkheden om deze ouderenzorg toekomstbestendig te maken. ‘Als de huisarts in een bepaalde regio minder tijd heeft om de zorg te regisseren, waarom organiseren we het daar dan niet anders?’
De geclusterde woonvormen voor cliënten (met bijvoorbeeld dementie) vervangen steeds meer de traditionele verpleeghuisplekken. De bewoner betaalt er zelf huur en de zorg wordt ingevuld door het Volledig pakket thuis zonder behandeling vanuit de Wet langdurige zorg (Wlz). Wonen en zorg zijn dus gescheiden. Dat betekent ook dat de huisarts regiebehandelaar blijft en verantwoordelijk is voor de medisch generalistische zorg (MGZ). Net zoals dat ook in de thuiszorg het geval is. Maar terwijl het aantal geclusterde woonvorm toeneemt, hebben huisartsen in veel regio’s het al heel erg druk en dus steeds minder tijd, waardoor de beschikbaarheid van huisartsenzorg afneemt.
Oplossing zoeken voor de beschikbaarheid van huisartsenzorg
Ook zorgorganisatie Dagelijks Leven voorziet een probleem in de beschikbaarheid van huisartsenzorg voor de toekomst en vond het tijd voor maatregelen. Dagelijks Leven heeft ruim 85 kleinschalige woonzorglocaties voor mensen met dementie door heel Nederland. Directeur-bestuurder Jeroen Kleinjan: ‘We vonden het de hoogste tijd om aan tafel te schuiven met vertegenwoordigers uit de hele zorgketen. Onder leiding van hoogleraar gezondheidseconomie Marcel Canoy (expert innoveren en (proces)verbeteren bij Vilans red.) bespraken we wat we nu kunnen doen om in de toekomst een groot maatschappelijk probleem te voorkomen.’
Vertegenwoordigers uit de hele keten bespreken mogelijke oplossing voor de knelpunten in de zorg voor cliënten in kleinschalige woonvormen.
‘Want ook dan willen de betrokken partijen dat elke zorgvrager een plek heeft waar hij of zij kan blijven wonen’, vervolgt Kleinjan. ‘Met een vast team aan zorgverleners en één aanspreekpunt die de zorg organiseert, zoals de huisarts dat nu doet. Momenteel is de zorg voor onze bewoners op deze manier goed geregeld. Maar bij Dagelijks Leven zien en ervaren we dat de tijd van huisartsen steeds kostbaarder wordt. Voor een groeiend deel van hen is het niet altijd mogelijk om de regie te voeren. Wij zien zelf een mogelijke oplossing in het door ons ontwikkelde regiemodel, waarin we deze regie verleggen naar de verpleegkundig specialist of physician assistant (PA).’ Zo heeft de beschikbaarheid van huisartsenzorg geen negatief effect op de zorg voor de cliënten.
De juiste zorg op het juiste moment
Deze specialisten kunnen en mogen als zelfstandig regiebehandelaar optreden. ‘We ervaren in de praktijk dat deze werkwijze veel voordelen heeft,’ zegt Kleinjan. ‘Met de verpleegkundig specialist of physician assistant als regiebehandelaar wordt de huisarts alleen aangehaakt wanneer de zorgvraag daar specifiek om vraagt. Ook de schaarse capaciteit van de specialist ouderengeneeskunde wordt in het regiemodel optimaal aangewend: pas als het echt nodig is. En dat werkt wederkerig: we zien dan ook een meer regionale rol voor specialisten ouderengeneeskunde, verpleegkundig specialisten en PA’s voor ons, waarbij de huisarts hen kan consulteren bij complexe zorgvragen van ouderen in de wijk. Daarmee is deze invulling van het zorgmodel niet alleen een oplossing voor kleinschalige woonvormen zoals de onze, maar ook voor mensen die zelfstandig blijven wonen.’
De juiste zorg op het juiste moment door de juiste zorgverlener, zo vat Kleinjan dit zorgmodel samen. ‘Er zijn voor een bredere implementatie nu nog wel enkele stappen te zetten. Het goed afspreken van de wijze waarop we de financiering gaan regelen, bijvoorbeeld. De wet- en regelgeving heeft daarvoor momenteel nog geen logische oplossing. Ik weet zeker dat we er met een beetje creativiteit prima uit gaan komen. En dat is ook nodig. Er moet nu iets gebeuren.’
Bron: Dagelijks leven