Naar hoofdinhoud Naar footer

Opdrachten - Competenties voor zelfmanagementondersteuning

De acht opdrachten bij hoofdstuk 2 helpen de (aankomende) zorgverleners om het proces van zelfmanagementondersteuning te herkennen en in de praktijk toe te passen. In alle opdrachten worden praktijksituaties gebruikt of verzameld.

  • Opdracht 1. nodigt uit om anders te kijken naar een ‘lastige zorgvrager’.
  • Opdracht 2. gaat over Achterhalen in de wijk.
  • Opdracht 3. over Adviseren met de ZelfredzaamheidsRadar.
  • Opdracht 4. over Afspreken bij de diabetesverpleegkundige, hierbij wordt het  Zelfmanagement Web gebruikt.
  • Opdracht 5. gaat over Assisteren in de GGZ met de Crisiskaart.
  • Opdracht 6. over Arrangeren (aan de hand van de observatie van een ontslaggesprek).
  • Opdracht 7. behandelt valkuilen en tips bij het 5A-model.
  • In opdracht 8. ga je kijken naar de wijze van rapporteren over zelfmanagementondersteuning.
  • In opdracht 9. bespreek je met elkaar de vragen over het 5A-model op pagina 9 en verder.

Zorgverleners vinden iemand die goed weet wat hij wil soms lastig, zeker als hij keuzes maakt die een zorgverlener graag anders zou zien. Ook wanneer de zorgvrager heel passief is of geen behoefte zegt te hebben aan zorg, kan het voor de zorgverlener moeilijk zijn om deze keuze van de zorgvrager te respecteren. Want je weet dat er vaak meer problematiek achter dit gedrag zit. In deze opdracht ga je op zoek naar het verhaal achter een ‘lastige zorgvrager’.

Ga op je stageplek/afdeling op zoek naar iemand bij wie jij de zorgverlening soms lastig vindt, of een zorgvrager (of familielid) waar je collega’s over klagen. Vraag toestemming voor een gesprek met hem/haar. Leg uit waarom jij deze opdracht gaat doen: om beter te begrijpen wat voor hem/haar belangrijk is in het leven en wat het betekent om zorg te moeten ontvangen.

  • Geef aan dat je geïnteresseerd bent in wat hem in het leven bezighoudt.
  • Maak een lijstje met open vragen waarin je belangstelling toont voor het leven wat de zorgvrager geleid heeft/ leidt. Vraag naar wat belangrijk is, wat positieve zaken zijn waar hij aan terugdenkt, of zaken waar hij zich zorgen om maakt.
  • Vraag ook naar de beleving van de zorgverlening. Wat zou beter kunnen? Wat is lastig?
  • Schrijf dan een kort verslag over wat dit gesprek je heeft geleerd. Heeft het je meer inzicht gegeven in de achtergronden van gedrag? Of in onvervulde behoeftes? Was het moeilijk om oprechte belangstelling te hebben voor zijn verhaal? Welke lessen trek je uit dit gesprek?

Alternatieve opdracht: De Meest Irritante BN'er

Welke persoon zouden jullie nomineren voor de titel Meest Irritante Bekende Nederlander van het jaar?

  • Leg uit waarom: Benoem zoveel mogelijk factoren/eigenschappen aan deze persoon die je ergeren.
  • Deze persoon is niet voor niets bekend en succesvol. Benoem nu welke zaken jullie waarderen in deze persoon.
  • Bekijk de video ‘Probleeminventarisatie wijkverpleegkundige’
  • Bespreek met elkaar hoe de wijkverpleegkundige de stap ‘Achterhalen’ bij meneer T uitvoert.
  • Wat zijn de ‘tops’ en ‘tips’ voor de wijkverpleegkundige?
  • Welke valkuilen bij Achterhalen herkennen jullie in deze video?

Uitleg en invulinstructie (Locomotion en VKI, 2015)

Bekijk de video

ZelfredzaamheidsRadar: Een filmportret over wijkverpleegkundigen

Bekijk de video

Een hulpinstrument om de zelfredzaamheid van een zorgvrager in kaart te brengen is de ZelfredzaamheidsRadar. Meer informatie over dit instrument vind je bij opdracht 3 van hoofdstuk 1. In deze opdracht bekijk je hoe een wijkverpleegkundige een zorgvrager adviseert over hulpmiddelen die de zelfredzaamheid kunnen verbeteren.

  1. Bekijk de video over de ZelfredzaamheidsRadar.
  2. Bekijk dan video ZelfredzaamheidsRadar. Hoe wordt de ZelfredzaamheidsRadar door de wijkverpleegkundige ingezet om tot een advies te komen over hulpmiddelen?
  3. Welke valkuilen herken je?
  4. Denk je dat de ZelfredzaamheidsRadar geschikt is voor gebruik in het ziekenhuis of in een verpleeghuis? Leg uit waarom (niet).

Bekijk in de klas de video-opname van het consult door Verpleegkundig Specialist Diabetes M.. Beantwoord dan de volgende vragen:

  • Hoe pakt de verpleegkundige het afspreken met de patiënt aan? Streeft zij ernaar om samen met de zorgvrager haalbare doelen af te spreken?
  • Herken je valkuilen die zijn benoemd bij 'Afspreken'?
  • Welke andere stappen uit het 5A model herken je?
  • Geef M. feedback in de vorm van 'tops' en 'tips'.

Bekijk dan de animatie over het 5A model aan de hand van werken met het Zelfmanagement Web. Lees hier een korte instructie over het gebruik daarvan.

  • Zou je de verpleegkundige adviseren bij haar consulten gebruik te maken van het Zelfmanagement Web in combinatie met het Doelenformulier? Waarom wel of niet?
  • Welke andere interventies zou zij kunnen inzetten? Denk bv. aan eHealth?

Animatie

Bekijk de video

Nadere uitleg over de Crisiskaart

Bekijk de video

Bekijk de animatie en de video over de Crisiskaart en het Crisiskaartplan. Uniek aan de Crisiskaart is dat iemand die een psychische crisis heeft doorgemaakt deze samen met een ervaringsdeskundige (de crisiskaartconsulent) invult.

  • Hoe helpt de Crisiskaart om een cliënt meer eigen regie te geven?
  • Vinden jullie de Crisiskaart een voorbeeld van ‘Assisteren’?
  • Welke andere stappen uit het 5A model herken je in de Crisiskaart?
  • Welke rol kan de zorgprofessional spelen bij de Crisiskaart?
  • Zou jij een familielid die een psychische crisis heeft doorgemaakt adviseren de Crisiskaart bij zich te dragen? Waarom wel of niet?

Deze opdracht is geschikt om uit te voeren tijdens een stage op een afdeling met tijdelijk opgenomen patiënten (ziekenhuis, geriatrische revalidatie in verpleeghuis).

  • Observeer een ontslaggesprek van een zorgverlener met een zorgvrager
  • Bereid een aantal aandachtspunten voor, bijvoorbeeld over de wijze waarop vragen gesteld worden, of er gezamenlijk afspraken worden gemaakt enzovoort.
  • Reflecteer kort op hoe de zorgverlener de stap ‘arrangeren’ uit het 5A-model uitvoert. Herken je eventuele valkuilen?
  • Hoe betrekt de zorgverlener de familie/ naaste omgeving van de zorgvrager bij het arrangeren van het ontslag? Waarom is dit belangrijk?

Valkuilen bij het 5A-model zijn in korte filmpjes toegelicht:

Deze opdracht is geschikt om de stappen uit het 5A-model te trainen.

  • Voorbereiding: Bestudeer de tekst over de valkuilen bij elke stap van het 5A-model.
  • Bekijk daarna in de groep een voor een de korte filmpjes over valkuilen bij elke stap van het 5A-model. In elk filmpje wordt een praktijksituatie nagespeeld en worden een (of meerdere) valkuilen uitgebeeld.
  • Bespreek de reflectie van de zorgvrager en de tips aan het eind van elk filmpje. De tips lees je terug onder downloads. Vinden jullie deze tips van toepassing op de spelsituatie?
  • Oefen dan in een rollenspel (in tweetallen) dezelfde situatie, maar gebruik daar de tips bij.
  • Bespreek met elkaar wat je hebt geleerd van deze opdracht.

Deze opdracht is geschikt om uit te voeren tijdens een stage/in de praktijk.

  • Bestudeer het zorgplan en de rapportages over de geleverde zorg bij ten minste 5 zorgvragers waar jij betrokken bent bij de zorgverlening.
  • Kan je in de rapportages terugvinden dat de stappen van het 5A-model (gedeeltelijk) zijn doorlopen? Zie je aanwijzingen dat er behoeftes zijn achterhaald, opties zijn voorgelegd en gezamenlijk afspraken zijn gemaakt?
  • Schrijf een paar goede en minder goede voorbeelden van rapportage over zelfmanagement op. Zorg dat de voorbeelden geanonimiseerd zijn. Laat je inspireren door deze voorbeeldzinnen.
  • Bespreek dit met je stagebegeleider/een collega. Wat zou beter kunnen in de rapportages?
  • Bedenk voordelen van een betere rapportage over zelfmanagement(ondersteuning).

Deze opdracht is geschikt om uit te voeren tijdens een stage/in de praktijk.

Downloads