Naar hoofdinhoud Naar footer

Opdrachten - Gezondheidsvaardigheden

De 11 kennis- en reflectieopdrachten en oefeningen helpen je om je bewust te worden van de doelgroepen die wellicht minder vaardig of juist vaardiger zijn in het managen van hun eigen gezondheid en zorg. Ze kunnen alleen en in groepsverband worden gemaakt:

  • In opdracht 1 wordt in de praktijk in kaart gebracht hoe er aandacht wordt besteed aan beperkte gezondheidsvaardigheden
  • Opdracht 2 gaat over verschillende vormen van ondersteuning bij medicijninname
  • In opdracht 3 wordt een zorgvrager met beperkte gezondheidsvaardigheden begeleid
  • In opdracht 4 gaat het over het monitoren van jezelf
  • Opdracht 5 bevat twee e-learnings over de herkenning en aanpak van laaggeletterdheid
  • Opdracht 6 is een kijkopdracht over het loslaten van de regie (film Ray Charles)
  • Opdracht 7, 8 en 9 gaan over mensen met dementie: opdracht 7 gaat over de verhuizing van mevrouw Bogers; opdracht 8 over migrantenouderen en in opdracht 9 gaat het om toepassing van de methode Foutloos Leren
  • Opdracht 10 en 11 gaan over de GGZ: in opdracht 10 ga je met een zorgvrager in gesprek over het voorkomen van terugval en in opdracht 11 wordt een bijeenkomst in de praktijk georganiseerd met discussie over een film

Bekijk de video:

  1. Bekijk de film ‘Gezondheidsvaardigheden’. Welke overeenkomsten en verschillen zie je tussen de vier zorgvragers die aan het woord komen: met welke vaardigheden hebben zij moeite?
  2. Onderzoek hoe er binnen deze zorgorganisatie aandacht wordt besteed aan mensen met beperkte gezondheidsvaardigheden. Beantwoord de onderstaande vragen: Hebben medewerkers voldoende kennis en vaardigheden om goed met deze zorgvragers om te gaan? Zijn medewerkers voldoende op de hoogte van bestaande methoden, instrumenten en hulpmiddelen die op dit gebied beschikbaar zijn? Hoe wordt de doelgroep betrokken bij verbeteringen? Hoe is de website van de zorgorganisatie ingericht? In hoeverre is deze toegankelijk voor mensen met beperkte gezondheidsvaardigheden? Met welke partijen en op welke wijze werken de zorgverleners samen om de zorg en ondersteuning voor mensen met beperkte gezondheidsvaardigheden te verbeteren?
  3. Bereid een presentatie voor waarin je je resultaten van dit onderzoek aan je team/ je stageorganisatie presenteert en formuleer aan het eind drie verbeterpunten. Denk aan manieren waarop informatie wordt aangeboden, het taalgebruik en om de manier waarop de zorg georganiseerd is.

Wat komt er allemaal kijken bij het op tijd en het op de juiste manier innemen van medicijnen?

  • Vorm een groep.
  • Maak een lijstje van vaardigheden die nodig zijn bij het op tijd en op de juiste manier kunnen innemen van medicijnen.
  • Inventariseer welke hulpmiddelen en ondersteuning daarbij geboden kunnen worden.
  • Ieder van jullie onderzoekt vervolgens bij een zorgvrager met beperkte gezondheidsvaardigheden hoe mensen hun medicijnen gebruiken. Dat kun je doen door naar ervaringen te vragen, te observeren bij het innemen van medicijnen.
  • Bespreek met elkaar wat je is opgevallen. Wat werkte goed, wat werkte niet goed?
  • Bekijk de checklist voor toegankelijke informatie. Ontwikkel nu voor een van de zorgvragers een instructie op maat met gebruikmaking van eenvoudige taal.
  • Ontwikkel voor een andere zorgvrager een visuele instructie (dus zonder taal, maar met beelden, getekend, of met foto’s).

Bekijk de video’s ‘Zelfmanagement en beperkte gezondheidsvaardigheden’ deel 1 en 2 van Vilans.

Bespreek de volgende vragen in een groepje:

  • Welke elementen uit de definitie gezondheidsvaardigheden herken je bij Henk?
  • Welke signalen geeft Henk af die wijzen op beperkte gezondheidsvaardigheden?
  • Op welke wijze tracht de praktijkondersteuner rekening te houden met de beperkte gezondheidsvaardigheden van Henk?
  • Maakt zij gebruik van de tips, adviezen en hulpbronnen?
  • Welke fasen van het 5A-model zie je terug in het consult?
  • Download de Life Chart & sociaal ritme meter en oriënteer je op de werkwijze.
  • Houd de life chart een maand lang bij.
  • Bespreek na deze maand je ervaringen met je medestudenten in een groepsgesprek. Hoe gemakkelijk was het bijhouden of hoe lastig? Hoe zou het zijn als je dit altijd zou moeten doen? Wat zou het bijhouden hiervan je opleveren als je zelf een psychische aandoening zou hebben?

NB Wanneer je in deze maand eerder met iemand over je life chart zou willen spreken, maak dan een afspraak met je studieloopbaancoach. 

Doe de volgende e-learning:

  1. E-learning ‘Aanpak laaggeletterdheid’ voor zorgprofessionals over de aanpak van laaggeletterdheid in de zorg. De e-learningmodule duurt ongeveer 45 minuten en wordt afgesloten met een toets met 20 vragen. Hiermee kunnen artsen en verpleegkundigen 1 accreditatiepunt verdienen.

Bekijk de twee fragmenten uit de film van Ray Charles:

 Bespreek:

  1. Op welke manier ondersteunt deze moeder haar zoon in zijn zelfmanagement?
  2. Kun je gezondheidsvaardig zijn als je blind bent?
  3. Welke hulpmiddelen zijn er voor blinden en slechtzienden om informatie tot zich te nemen?
  4. Hoe moeilijk zou jij het vinden om de regie los te laten (zoals deze moeder probeert)?
  5. Wat heb je nodig om de regie los te laten?

Bekijk met elkaar de video ‘Mevrouw Bogers’. In deze aflevering verhuist mevrouw Bogers van haar vertrouwde woning naar een verzorgingsflat. De impact van de verhuizing op haar en haar omgeving is groot. Let op de volgende aspecten, zodat je na afloop met elkaar een gesprek kan voeren over onderstaande vragen:

  • Wat kan het voor iemand betekenen om dementie te hebben?
  • Hoe gaat mevrouw Bogers om met de gevolgen van haar ziekte?
  • Waaraan zie je dat mevrouw Bogers behoefte heeft aan eigen regie?
  • Waaruit blijkt dat dit lastig is voor haar?
  • Hoe beleeft mevrouw Bogers haar verhuizing?
  • Stel, dat het zou gaan om jouw oma. Hoe zou je haar voorbereiden op de verhuizing?
  • Wat vind je van de wijze waarop mevrouw Bogers nu wordt ondersteund bij de verhuizing?
  • Hoe zou de dochter van mevrouw Bogers kunnen worden ondersteund bij de verhuizing?

Oudere migranten hebben drie tot vier keer vaker dementie dan autochtone ouderen. Zorgverleners vinden het vaak moeilijk om dementie te herkennen bij mensen met een migrantenachtergrond en met hen in gesprek te gaan. Bespreek de volgende vragen:

  • Wat zijn signalen van dementie bij migrantenouderen?
  • Welke hulpmiddelen zijn er om mensen met een migrantenachtergrond voorlichting te geven over dementie?
  • Kijk eens op signaleren.alzheimer-nederland.nl. Vind je deze filmpjes behulpzaam/bruikbaar om mensen met dementie te (helpen) herkennen?
  • Waar houd je concreet rekening mee bij de benadering van migrantenouderen met dementie en hun naasten?
  • Welke aanpassingen denk je dat er in de ouderenzorg nodig zijn voor de opvang van migrantenouderen met dementie?

Maak gebruik van huisarts-migrant.nlpharos.nl en ‘Zes tips voor signaleren van dementie bij migranten’. 

Lees de tekst over foutloos leren op Kennisplein Gehandicaptensector en bekijk de video over meneer De Baat:

  • Ga na voor wie (welke bewoner/cliënt) ‘foutloos leren’ een goede interventie zou zijn. Wat is nodig om deze interventie toe te passen?
  • Ga in gesprek met collega’s op je stageplek (bijvoorbeeld ook de ergotherapeut) en bespreek of je deze interventie kunt toepassen op je stageplek. 
  • Bekijk de tutorial ‘Diagnose Bipolariteit’ (29 april 2021) waarin (in 45 minuten) een psychiater vertelt wat de diagnose inhoudt voor patiënten en naasten, over behandelmogelijkheden met zelfmanagement en medicatie, en over de invloed die een bipolaire stoornis op het leven heeft. Inventariseer de niet-medicamenteuze mogelijkheden die in de tutorial worden uitgelegd om met de gevolgen van de aandoening om te gaan. Zet de bijwerkingen van de medicatie op een rij, zodat je ook op dit onderwerp een goede gesprekspartner bent van je patiënten.
  • Bestudeer de documenten over het Signaleringsplan inclusief de toelichting. Deze documenten vind je onder Downloads.
  • Overleg met je werkbegeleider met welke cliënt je in gesprek zou kunnen gaan over signalering en waarmee je het maken van een signaleringsplan (zie Downloads) zou kunnen oefenen. Laat eventueel de toelichting ook lezen aan je werkbegeleider zodat deze goed op de hoogte is van wat de bedoeling is. 

Deze opdracht is passend voor studenten die stagelopen in de ggz of voor een ggz-team van zorgverleners.

Organiseer een refereerbijeenkomst bij de organisatie of op de afdeling waar je stageloopt.

  • Zoek een aantal enthousiaste collega’s die met je mee willen doen want je hebt mensen nodig voor de organisatie (de uitnodigingen, ruimte reserveren, koffie/thee aanvragen) en je hebt mensen nodig tijdens de bijeenkomst zelf. Je hebt iemand nodig die de bijeenkomst in goede banen leidt en verschillende personen die de leiding nemen in de kleine groepjes. Op het internet zijn veel tips te vinden hoe je een dergelijke bijeenkomst opzet of raadpleeg je docent op school. Belangrijk is dat je werkt met het kop-romp-staart model (introductie over het doel/werkwijze - kern - afronding).
  • Reserveer voor de bijeenkomst maximaal 2 uur en nodig medewerkers van verschillende disciplines uit.
  • Bekijk met elkaar de documentaire ‘Jeanne’. Nodig iedereen uit om hierop een korte reactie te geven. NB Mocht je een andere psychiatrische aandoening centraal willen stellen, zoek daarvoor dan vooraf een mooie documentaire op.
  • Na een koffie/theepauze bespreek je met elkaar in kleine groepjes de volgende thema’s. Je kunt je publiek ook al vragen om extra op deze thema’s te letten wanneer jullie de documentaire.
  • Jeanne voor de pauze gaan bekijken.
    • Jeanne en haar onzekere toekomst
    • Jeanne en haar omgeving
    • Jeanne en haar zelfmanagement van de aandoening

Downloads