Positieve Gezondheid: een bredere blik, een ander gesprek
Gepubliceerd op: 06-07-2022
Positieve Gezondheid vindt steeds meer zijn weg naar de huisartsenpraktijk. Terecht, stellen Vilans-adviseurs Femke de Wit en Stefanie Mouwen, want patiënten zijn meer dan alleen hun medische klachten. Toch gaat de implementatie van deze benadering binnen de gezondheidszorg niet vanzelf. Het vraagt commitment van alle betrokken zorgverleners. Maar hoe bewerkstellig je dat?
Pasgeleden sprak ze met een tachtigjarige cliënt uit de cliëntenraad van haar organisatie. ‘Ze zat in een rolstoel, had veel lichamelijke klachten, maar dát was niet haar zorg. ‘Die klachten, die zijn er nu eenmaal,’ zei ze. ‘Ik moet er vooral voor zorgen dat ze onder controle blijven. Verder steek ik al mijn energie in mijn werk voor de cliëntenraad. Ik wil blijven meedoen, dát vind ik belangrijk.' Niet het accent op wat niet kan, maar op wat nog wél kan, het is een voorbeeld van hoe Positieve Gezondheid er in de praktijk kan uitzien, legt De Wit, programmaleider van het team Positieve Gezondheid van Vilans, uit.
Het concept van Machteld Huber, waarbij ervaren gezondheid veel méér is dan alleen de fysieke gezondheid, breidt zich als een olievlek uit over het Nederlandse zorglandschap. Ook in de Landelijke Nota Gezondheidsbeleid 2020-2024 vormt het een kernbegrip.
Gebrek zingeving
Dat is geen toeval, want persoonsgerichte integrale zorg wordt steeds belangrijker in de gezondheidszorg. Ook in de huisartsenzorg is dat de tendens, constateert Mouwen, adviseur in het team Positieve Gezondheid. ‘Huisartsen zijn vanuit hun professie al gewend om met een brede blik te kijken naar de klachten van de patiënt. Ze krijgen ook regelmatig patiënten in hun spreekkamer met niet-medische klachten. Die presenteren zich dan met rug- of hoofdpijn, maar het eigenlijke probleem is bijvoorbeeld een gebrek aan zingeving of gemis aan contacten in de buurt. Dan is het fijn als je daar als huisarts met de patiënt breder het gesprek over kunt voeren.’
De Wit vult aan: ‘Het concept Positieve Gezondheid geeft de huisarts, maar ook de POH, handvatten hoe hij dat kan doen. Daarnaast biedt het een gemeenschappelijk kader voor hoe partners in de verschillende domeinen van zorg en welzijn met elkaar kunnen samenwerken. Dat laatste is nodig, want de patiënt is geholpen als de huisarts hem kan verwijzen naar een sociaal wijkteam voor schuldhulpverlening, of naar een imam of pastoor om te praten over zingevingsvragen.’ Mouwen: ‘Dat ontlast de huisarts, want de klachten nemen daardoor af en patiënten komen minder vaak op consult.’
Dubbel consult
Dat brede gesprek aangaan met de patiënt, met niet alleen aandacht voor medische problemen, maar ook voor het dagelijks functioneren, kwaliteit van leven en mentaal welbevinden, vereist een andere mindset van huisartsen en andere zorgverleners in de huisartsenpraktijk. Mouwen: ‘We trainen hen daarom in het werken met Positieve Gezondheid, want dat gaat niet vanzelf. Het spinnenwebmodel van Huber, waarin alle facetten van het dagelijks leven bij elkaar komen, vormt daarbij de rode draad. Met dat model in je achterhoofd, ontdek je eerder dat de lichamelijke klachten van een oudere komen doordat hij vanwege corona zijn kleinkinderen niet meer kan zien of door zijn slechte mobiliteit niet meer naar de kerk kan.’
Huisartsen hebben voldoende tijd nodig om zo’n breder gesprek te kunnen voeren. Mouwen: ‘Sommige huisartsen plannen daarom een dubbel consult in, want met een tien minuten-consult kun je niet alles uitvragen. Een aantal huisartsen heeft daarom afspraken gemaakt met zorgverzekeraars om hiervoor extra tijd te kunnen vrijmaken.’ ‘Daarnaast moeten ze zich vrij voelen zo’n gesprek te voeren,’ vervolgt ze. ‘Zeker POH’s zijn gewend om geprotocolleerde zorg te leveren. Dat kan wringen met de vrijheid die je nodig hebt om met een bredere blik het consultgesprek te voeren.’ De Wit: ‘Dat zijn items die het Instituut voor Positieve Gezondheid (iPH) van Machteld Huber agendeert met de zorgverzekeraars. Vilans is daarbij betrokken.’
Sleutel tot verandering
Vilans krijgen steeds vaker aanvragen van huisartsen voor trainingen over Positieve Gezondheid. De Wit: ‘Juist die integrale blik sluit aan bij hoe zij naar hun werk kijken. Veel huisartsen vertellen ons dat dit is waarom ze huisarts zijn geworden. Ze willen iets kunnen betekenen voor mensen, dat gaat verder dan alleen medicatie voorschrijven.’ Mouwen: ‘Het is wel belangrijk dat het hele team in de huisartsenpraktijk hierin getraind wordt, dus ook de POH en de doktersassistente. Dat biedt de meeste kans op een succesvolle implementatie van Positieve Gezondheid.’ De Wit: ‘Vilans begeleidt zorgverleners bij deze implementatie. Zo hebben we vorig jaar het Spoorboekje Positieve Gezondheid geschreven, met daarin tips en best practices hoe je dat het beste kunt aanpakken.’ Positieve Gezondheid betekent niet alleen een mindswitch voor huisartsen, maar ook voor patiënten. De Wit: ‘De huisarts moet hun uitleggen dat hij in het consult breder kijkt dan naar alleen medische klachten. Doet hij dat niet, dan kan dat leiden tot onbegrip bij de patiënt. Die wil een oplossing voor zijn specifieke lichamelijke klacht.’
Positieve Gezondheid vraagt daarom ook veel van patiënten zelf. De Wit: ‘Hun wensen en behoeften staan centraal. Het is daarom belangrijk dat ze daarin zelf de regie nemen. Je krijgt mensen niet in beweging doordat de zorgverlener zegt wat goed voor je is. De enige sleutel tot verandering is als ze iets doen wat ze zelf willen, waar ze intrinsiek voor gemotiveerd zijn. Zorgverleners kunnen hen daarbij helpen, maar mensen moeten het vooral zelf doen.’
Auteur: Michel van Dijk